Mammoetjacht
Steentijdmensen konden alleen op holenberen, herten, rendieren, neushoorns, sneeuwhazen jagen als ze met elkaar samenwerkten.
De aller gevaarlijkste jacht was de mammoetjacht.
Een mammoet zag eruit als een reusachtige olifant.
Hij had een wollige langharige vacht tegen de kou. Zijn slagtanden waren soms wel 5 meter lang.
Als het de steentijdmensen lukte om een mammoet buit te maken was er weer voor lange tijd eten.
De jagers vielen een mammoet samen aan. Ze probeerden het beest met hun
speren te raken.
Soms groeven ze eerst een valkuil , die weer werd bedekt met takken.
Melgalvio
Dit gebruik je van een mammoet
Slagtanden:
Die gebruiken ze als palen voor hutten.
Maar ze maakten ook standbeeldjes of sieraden van de slagtanden.
Vacht:
Van de vacht maakten ze kleding of schoenen. En ze gebruikten de huiden ook als dak voor hun hut.
Tong:
Ze vonden toen een mammoettong heerlijk, want daar konden ze lekker op sabbelen.
Hersenen:
De kinderen ouderen vonden rauwe hersens heerlijk van een mammoet, omdat ze heel gemakkelijk te kauwen waren.
Vlees:
Eet het rauw of het geroosterd – het smaakt heerlijk.
Ze sneden het in reepjes en lieten drogen in de zon.
Vet:
Je kan het op eten en het geeft veel energie.
Je kan er een lamp van maken als je wat vet in een holle steen doet.
Als je wat vet op je huid wrijft dan houdt het je lekker warm.
Youssra